Het ABC van CO2-rapportage: Scope 1, 2 en 3 uitgelegd
Het verschil tussen Scope 1, Scope 2 en Scope 3 in CO2-rapportage heeft te maken met de bronnen van de CO2-uitstoot en wie er verantwoordelijk is voor het veroorzaken hiervan. Hier is een uitleg van elk:
Scope 1 – Directe CO2-uitstoot
Scope 1 omvat de directe CO2-uitstoot die voortkomt uit bronnen die eigendom zijn van en beheerd worden door de organisatie zelf. Het betreft emissies die intern worden gegenereerd en waar de organisatie direct controle over heeft. Typisch voorbeelden zijn de emissies van eigen productieprocessen, bijvoorbeeld om machines te laten draaien in de fabriek en de uitstoot van het kantoor, denk aan elektriciteit of gas.
Scope 2 – Indirecte CO2-uitstoot
Scope 2-emissies omvatten indirecte emissies van gekochte of aangekochte energie, zoals elektriciteit, stoom, warmte of koeling, die off-site wordt opgewekt en door jouw onderneming wordt verbruikt. Een praktisch voorbeeld is de elektriciteit die een machinebouwer inkoopt. Die is ingekocht bij een bedrijf en wordt bijvoorbeeld op een andere locatie opgewekt, dus deze emissies worden beschouwd als indirecte emissies. Het identificeren van Scope 2-uitstoot kan soms uitdagender zijn, maar volgens het GHG-protocol vormen scope 2-emissies een van de grootste bron van de wereldwijde uitstoot (tenminste een derde, met scope 3 als grootste emissiebron). Het is dus een belangrijk onderdeel van de totale uitstoot en biedt kansen voor reductie als het gemeten en beoordeeld wordt.
Scope 3 – Overige indirecte CO2-uitstoot
Scope 3 omvat alle overige en indirecte emissies in de keten van jouw onderneming, volgens het US Environmental Protection Agency (EPA). Het zijn emissies van activiteiten die niet beheerd worden door of onder het eigendom van jouw onderneming vallen. Maar waar jouw onderneming wel indirect invloed op heeft binnen de keten.
Praktische voorbeelden zijn emissies die ontstaan tijdens de productie en transport van ingekochte grondstoffen, zoals melk en boter voor het maken van appeltaarten. Maar ook emissies die voortkomen uit het gebruik van verkochte producten door klanten en zelfs woon-werkverkeer van medewerkers (tenzij het bedrijfsvoertuigen betreft, zoals leaseauto’s gefinancierd door jouw onderneming: dat valt onder scope 1). Scope 3-emissies zijn meestal de grootste bijdragers aan de totale CO2-voetafdruk, maar ze zijn ook moeilijk te beheersen omdat ze vaak buiten de organisatie vallen.
Naast de verdeling van de CO2-uitstoot in scope 1, scope 2 en scope 3 kan er ook onderverdeeld worden in upstream of downstream positie in de keten. Ontdek het verschil hiervan in ons artikel.